Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [24]Ter rechterhand staat de [25]jeugd op, [26]stoten mijn voeten uit, en [27]banen tegen mij hun verderfelijke wegen. 24. Dat is, daar hij de meeste sterkte had. 25. Het woord heeft zijn oorsprong van spruiten en bloeien, betekenende de eerste groenende jeugd. Hij ziet op degenen, die hem in zijn lijden met de allermeeste onverstandigheid, felheid en heftigheid overvielen. 26. Te weten, om mij te doen struikelen en te gronde te storten. 27. Dat is, zij hogen en maken den weg effen, dien zij ingaan en betreden willen om mij te verderven. Hebreeuws, paden huns verderfs.